Voor het team achter AeroDelft draait de toekomst van de luchtvaart niet om het afschaffen van vliegen, maar om het heruitvinden ervan. AeroDelft, onderdeel van TU Delft, is het eerste studententeam ter wereld dat een elektrisch aandrijfsysteem voor vliegtuigen heeft ontworpen, gebouwd en getest met vloeibare waterstof als energiebron. Isha Moharir, student Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek en Team Manager van AeroDelft, vertelt vol overtuiging over vliegen op waterstof: “Duurzaamheid is niet minder doen, maar slimmer doen.”
Ambitieuze studenten
AeroDelft wordt volledig gerund en beheerd door studenten van de TU Delft. Ze hebben één duidelijke missie die zich het beste laat samenvatten in het Engels: To prove and promote liquid hydrogen as a sustainable alternative to conventional fuels in aviation. Oftewel: bewijzen én laten zien dat vliegen op vloeibare waterstof duurzaam kan zijn. En dat die toekomst dichterbij is dan de meeste mensen denken.
Een vliegend prototype
“Het project begon in 2017, op een zonnige dag op de Beestenmarkt in Delft”, vertelt Isha. Twee ambitieuze studenten Luchtvaart- en ruimtevaarttechniek zaten op een terras te praten over duurzaamheid in de luchtvaart. Ze vroegen zich af: wat als wij een studententeam samenstellen en er gewoon mee aan de slag gaan? Acht jaar later is die droom uitgegroeid tot een stichting met ruim vijftig studenten, tientallen partners uit de industrie - waaronder KLM, Airbus, NLR (Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum) en Defensie - en een vliegend prototype dat de wereld hoop geeft voor een schonere toekomst. Weg vliegschaamte, want de uitstoot bestaat uit water en warmte.
Better Places is een sociale onderneming. De maatschappelijke missie van onze organisatie staat voorop. Dat houdt onder andere in dat we elk jaar 10% van onze winst doneren aan initiatieven die de wereld beter maken. In oktober 2025 doneerden we € 10.000,- aan AeroDelft. Bekijk alle donaties.
De Phoenix: bewijzen dat het anders kan
Sinds de oprichting heeft AeroDelft stap voor stap gewerkt aan die missie. Eerst bouwden ze een kleine batterij-elektrische drone, die ze in 2021 succesvol gevlogen hebben. Daarna hebben ze testen uitgevoerd met gasvormige waterstof. “Toen dat was gelukt, hebben we gezegd: we willen naar een vliegtuig op ware grootte”, legt Isha uit. “In ons geval is dat een Sling 4 vliegtuig, oorspronkelijk ontworpen als een vierzitter met een conventionele brandstofmotor. Met een private pilot license kun je hem vliegen.” Het team van AeroDelft haalt dat oude systeem eruit en vervangt het door hun eigen waterstof-elektrische aandrijving. “Niet om te bewijzen dat vliegen kan, want dat weten we al. We willen hiermee bewijzen dat het ánders kan. Dat je vandaag al zo’n systeem kunt bouwen en in een bestaand vliegtuig kunt integreren.”
Eén van de eersten ter wereld
“Met Project Phoenix laten we dus zien dat je in een bestaand vliegtuig een compleet nieuw energiesysteem kunt bouwen”, vertelt Isha. “De controverse zit hem op dit moment vooral in het feit dat men denkt dat het gebruik van waterstof heel erg ver in de toekomst ligt. Maar het leuke - en dat is ook wat we willen laten zien - is dat de componenten die je daarvoor nodig hebt vrijwel allemaal al bestaan. Ze zijn alleen nog nooit op deze manier gecombineerd of gecertificeerd voor de luchtvaart.” Die innovatie is waar AeroDelft zich als een van de eersten ter wereld mee bezig houdt.
Men denkt dat het gebruik van waterstof heel erg ver in de toekomst ligt. Maar het leuke is dat de componenten die je daarvoor nodig hebt vrijwel allemaal al bestaan.
Studenten met lef en visie
AeroDelft bestaat uit zo’n 50 studenten van verschillende opleidingen en nationaliteiten. Niet alleen luchtvaartingenieurs, maar ook informatici, rechtenstudenten, werktuigbouwkundigen en communicatiespecialisten. Jonge mensen met een enorme gedrevenheid. Zelf wil Isha al sinds haar negende astronaut worden. “Meestal verdwijnt die droom bij kinderen, maar bij mij niet”, lacht ze. “Ik had een plan en dit project is een van de stappen op die weg. Het is niet alleen techniek, maar ook teamwork, leiderschap en het geloof in vooruitgang.” Met het voordeel van hun jeugdige creativiteit kunnen de studenten van AeroDelft groot dromen, maar ook fouten maken. “Juist dat maakt innovatie mogelijk”, denkt Isha. “Dat pionieren vinden we fantastisch. We hebben de kans om iets supermoois te bouwen dat een hele grote impact gaat hebben op de toekomst van de luchtvaart”, zegt ze.
Nieuwe standaarden
Met de bezieling zit het wel goed, maar de uitdagingen zijn groot. “Hoe voldoe je aan luchtvaartstandaarden, als die standaarden nog niet bestaan voor deze manier van vliegen?”, legt Isha voor. “Bovendien, aan wie vraag je hulp? Onze professoren en externe experts vragen soms aan óns hoe we iets gedaan hebben. We onderschatten hoeveel kennis en ervaring we hier als studenten opdoen. De leercurve is enorm”, lacht ze. Waar professionals in de industrie vaak jaren bezig zijn met één onderdeel, doen de studenten in Delft alles tegelijk: ontwerpen, testen, samenwerken met bedrijven en presenteren aan luchtvaartautoriteiten.
“We werken nauw samen met grote namen uit de luchtvaart. TU Delft, NLR, Defensie en nog vele andere partners delen hun kennis, materialen en infrastructuur’, vertelt Isha. “Rotterdam The Hague Airport ontwikkelt al faciliteiten voor waterstof, zowel gasvormig als vloeibaar. We staan echt aan het begin, maar de infrastructuur begint al te ontstaan. Als wij straks de technologie hebben, dan staat de wereld klaar om er gebruik van te maken!”
We hebben de kans om iets supermoois te bouwen dat een hele grote impact gaat hebben op de toekomst van de luchtvaart
Naast onze eigen donaties, vragen wij aan onze reizigers op het boekingsformulier om een donatie te doen aan een bijzonder project. Elk jaar selecteren we hiervoor een nieuw project. In 2026 is dat AeroDelft. In 2025 vragen wij reizigers te doneren aan Voedselbossen in Nepal. Daarvoor is al €8.625,- gedoneerd.
Innovatie met limieten
Over uitdagingen gesproken: hoewel er heel veel technologie al wél bestaat, zijn er alsnog bepaalde componenten die nog níet bestaan. Als voorbeeld noemt Isha een cryogene vloeibare waterstoftank die lichtgewicht is. “Er zijn momenteel maar een paar bedrijven ter wereld die dat kunnen maken.” Daarnaast zijn er voor een non-profit studentenorganisatie altijd financiële limieten. “Als technologie simpelweg nog niet bestaat, dan heb je ook niks aan geld. Maar met meer financiële middelen kun je ook meer promoten, meer mensen bereiken en meer mensen in je team aan het werk zetten. Daardoor kunnen dingen sneller gaan. Gelukkig hebben we heel veel enthousiaste mensen in de industrie om ons heen, die heel erg bereid zijn om ons te helpen.”
Waarom waterstof?
In de zoektocht naar duurzame luchtvaart bestaan meerdere routes: biobrandstoffen (SAF), batterij-elektrisch vliegen en waterstof. Isha: “Al deze technologieën zijn interessant en belangrijk om verder te ontwikkelen.” AeroDelft koos bewust voor de laatste optie. “We vinden vloeibare waterstof het interessantst om te onderzoeken. Het is het nieuwste en het heeft de meeste infrastructuur nodig.” Vloeibare waterstof heeft een uitzonderlijk hoge energiedichtheid. Het levert veel energie per kilo brandstof en is daarmee dus geschikt voor lange afstanden. Waar batterijen te zwaar worden en biobrandstoffen nog steeds CO₂ uitstoten, biedt vloeibare waterstof een route naar écht emissievrij vliegen.
Van uitdaging naar standaard
Hoe tof ook, AeroDelft gaat hun missie niet bereiken als ze hun vliegtuig alleen kunnen laten vliegen. “We moeten aan de wereld laten zien wat er mogelijk is. Niet alleen aan de TU Delft of de techneuten zelf, maar ook aan onze ouders en opa’s en oma’s”, legt Isha uit. Om die reden bestaat de missie van AeroDelft uit twee delen, to prove en to promote. “Het bewijzen zit in het technologische gedeelte, dat betekent dat we het hele systeem moeten samenstellen. Maar we moeten ook kunnen laten zien dat we met dezelfde standaarden werken als de reguliere luchtvaart. Certificering en kwalificering is waar we ons nu voor inzetten.”
Het tweede deel van de missie van AeroDelft bestaat uit promoten. Isha: “Dat is minstens zo belangrijk als het laten opstijgen van dat vliegtuigje, want uiteindelijk willen we dat mensen zien dat het kan. Wat vandaag onze uitdaging is, kan morgen onze standaard zijn.” Isha kijkt hoopvol vooruit: “Ik denk dat we de technologie rondom waterstofaandrijving over vijf jaar volledig doorgronden. Over vijftien tot twintig jaar zie je de eerste commerciële vluchten op waterstof. Ik ben nu 23. Tegen de tijd dat ik begin veertig ben, zie ik mezelf in zo’n vliegtuig zitten. En dat ik dan kan zeggen: ik stond aan het begin van die ontwikkeling - dat idee is heel gaaf.”
Terwijl de industrie nog praat over wat er ooit mogelijk zal zijn, laat AeroDelft zien dat de toekomst al begonnen is: met vloeibare waterstof.
Niet minder, maar slimmer
Voor Isha en haar team is de missie niet alleen een technisch, maar ook persoonlijk. “Wij geloven niet dat de oplossing voor de klimaatcrisis ligt in minder vliegen. Dat helpt op korte termijn, maar voor echte impact is het niet de oplossing. Vliegen is in de westerse wereld inmiddels zo normaal geworden, dat het niet meer weg te denken is. Wij geloven dat de toekomst van vliegen in ánders vliegen ligt. Slimmer en schoner.” In Delft wordt er stap voor stap aan die toekomst gebouwd. Door studenten die niet wachten tot iemand anders het doet, maar zelf de motor van verandering aanzwengelen.
Terwijl de industrie nog praat over wat er ooit mogelijk zal zijn, laat AeroDelft zien dat de toekomst al begonnen is: met vloeibare waterstof, een Sling 4 en een droom. De boodschap van AeroDelft is even eenvoudig als krachtig: vliegen hoeft niet te verdwijnen om duurzaam te worden. Wat vandaag nog pionieren is, kan morgen de standaard zijn. En als het aan deze studenten ligt, gaat dat sneller dan we denken.
Bouwen aan een duurzame toekomst
Na een intensieve startfase, waarin Matthijs veel zelf met zijn motor op pad ging, is Green Intelligence nu toe aan een groeifase. ‘We hebben nu ongeveer 150 hectare hersteld en 110.000 bomen geplant’, vertelt hij trots. Het Nepalese team neemt steeds meer taken over, terwijl Matthijs de brug slaat tussen Nederland en Nepal. ‘We zien dat steeds meer boeren en gemeenschappen ons weten te vinden. Dat is geweldig.’ De droom van Matthijs is om miljoenen hectares te herstellen. ‘We willen een duurzame organisatie zijn, zowel financieel als in onze impact’, legt hij uit. De groei van een boom voelt als een mooie metafoor. De klimaatcrisis lossen we niet in één keer op. Het vraagt om geduld en een lange adem.
De luchtvaart heeft een enorm aandeel in de totale CO₂e-uitstoot. Bij Better Places vinden we de toekomst van duurzamere luchtvaart dan ook van groot belang. We zien graag een wereld waarin we mooie reizen kunnen blijven maken, maar daarvoor is een grote verandering nodig. De vlucht van en naar de bestemming is verantwoordelijk voor ruim 90% van de CO₂e-uitstoot van een reis. Voor een retourtje Indonesië betekent dat in totaal gemiddeld 7031kg CO2e per persoon. Lees meer over de klimaatimpact van vliegen.
