Culinair Bretagne

Hou je van lekker eten, dan zeg je al snel Frankrijk. Vrijwel elke Franse regio heeft zijn eigen culinaire specialiteiten, om nog niet eens te spreken over het alomtegenwoordige knapperige stokbrood, de heerlijke kazen en de wijnen. Bretagne is zeker geen uitzondering als het gaat om culinaire uitspattingen. Sterker nog: Bretagne kent een flink aantal lokale specialiteiten. Deze zes typisch Bretonse heerlijkheden zijn absoluut het proeven waard tijdens een bezoek aan het Bretonse schiereiland. 

Zes heerlijke Bretonse heerlijkheden

  • Crêpes en galettes
  • Bretonse cider
  • Fleur de sel de Guérande
  • Artisjokken
  • Gezouten boter en gezouten caramel
  • Kouign-amann

Crêpes en galettes

De Franse crêpes vinden hun oorsprong in Bretagne. De dunne flensjes worden traditioneel gebakken op een grote, ronde, gietijzeren plaat waar een beslag van bloem op wordt gegoten en met een rozel wordt uitgestreken tot een superdunne pannenkoek. De simpele crêpe au Sucre is al heerlijk, maar probeer vooral ook eens crêpe beurre citron of een crêpe au beurre salé. Naast zoete crêpes, zijn ook de hartige galettes typisch Bretons. Galettes worden in tegenstelling tot crêpes (die van witte bloem worden gemaakt) gemaakt van boekweitmeel of ble noir. Je eet ze als hoofdgerecht en met hartig beleg. Soms worden er zelfs een eitje of kleine worstjes meegebakken. Dan heb je een galette-saucisse.
 

Bretonse Cider

Vis moet zwemmen zeggen ze in culinaire kringen altijd, en dat doen ze in Bretagne! Met name in de cider, de nationale drank van Bretagne en die alléén in Bretagne en Normandië het label Indication Géographique Protégée mag voeren. Cider is een mousserende, alcoholische drank van gefermenteerde appelsap. Koop je een fles, let dan op de benaming brut als je van wat drogere drankjes houdt of kies voor doux als de smaak wat zachter mag zijn. In tegenstelling tot de Engelse cider is Bretonse cider vaak eerder bitter dan zoet. Cider wordt in speciale mokken van aardewerk geschonken, een bolée op z’n Bretons.

Artisjokken

Bezoek je Bretagne in de zomer, dan staan de velden vol met prachtige paarse artisjokplanten. In Bretagne eet je artisjok niet op je pizza of door een salade, maar als gerecht op zich. Zowel de Camus de Bretagne als de Macau zijn twee artisjoksoorten die specifiek uit Bretagne komen en als je ze eerder niet anders hebt geproefd dan uit blik: proef deze soorten! Artisjokken eet je hier gekookt met een vinaigrette of aioli als dip. De blaadjes haal je een voor een los, dip je in je sausje en voorzichtig eet je het eetbare gedeelte van het blaadje. Saint-Pol-de-Leon wordt de Bretonse hoofdstad van de artisjok genoemd, hier hebben ze zelfs artisjokijs.
 

Fleur de sel de Guérande

Het allerlekkerste zout volgens chef-koks? Dat komt uit Bretagne! Van de zoutterrassen rondom Guérande in het zuiden van Bretagne om precies te zijn. Hier vind je zoutmoerassen waar de zoutwinners – Paludiers, een beschermd beroep – het bovenste laagje gekristalliseerde zout al duizenden jaren met de hand scheiden van het zeewater. Dit bijzondere laagje fleur de sel wordt lyrisch zowel het kaviaar onder het zout als het witte goud genoemd. Doordat het handmatig oogsten van deze zoutkristallen een arbeidsintensief werkje is, is Sel de Guérande niet goedkoop. Het is wél een bijzonder souvenir om mee naar huis te nemen. Een beetje van dit naar viooltjes smakende zeezout over je maaltijd en je bent weer terug in Bretagne.
 

Gezouten boter en karamel

Dat ze in Bretagne nogal dol zijn op zout, blijkt uit het feit dat ze hun wereldberoemde Sel de Guérande ook gebruiken in hun boter én hun karamel. Daar waar gezouten boter in eerste instantie een praktische oplossing was om ervoor te zorgen dat de boter langer houdbaar bleef, is gezouten boter nu vooral een typisch Bretonse delicatesse. Een vers, knapperig stokbrood met gezouten boter: meer heb je niet nodig! Dat deze gezouten boter het ook erg goed doet in karamel, blijkt uit de vele soorten Bretonse caramel au beurre salé. Ben je een zoetekauw? Met crème caramel au beurre salé of de eerder omschreven crêpe au caramel beurre salé heb je echt het summum van Bretonse zoetigheid te pakken.
 

Kouign-amann

Over het summum van Bretonse zoetigheid gesproken: misschien moeten we op onze woorden terugkomen en deze eer toebedelen aan de kouign-amann. In het Bretons betekent kouign taart en amann boter. Een kouign-amann lijkt dan ook exact op een boterige variant van een suikerbrood en een croissantje, waarbij de bakker verschillende lagen brooddeeg omvouwt met daar tussenin (gezouten) boter en suiker. Nog even oefenen op de uitspraak: bij de bakker vraag je om een kwien-aman.